Ontstaan en verspreiding van de naam Rieper in het Alte Land

Verklaring van de naam volgens Heinrich Borstelman

De naam Rieper, die al vroeg wijd verbreid was in het Alte Land, kwam daarbuiten maar zelden voor. Heinrich Borstelman is bij zijn onderzoek slechts de volgende erop lijkende namen tegengekomen: Ritberus (Stade 1305), de Riper (Wennigsen 1425) en Ripper (Thedinghausen 1602). De naam Rieper kan verwijzen naar beroepen als touwslager of zeiler, maar ook landmeter behoort tot de mogelijkheden (Middelnederduits: reper). De hieronder vermelde, eerstvoorkomende, vorm “v. Ripen” laat deze verklaring echter niet toe, maar wijst meer op een plaatsaanduiding. In het Oostfries is een “ripe” zoiets als een rand (oever- of straatrand) en volgens Dr. Iellinghaus, in zijn boek Holsteinische Ortsnamen, is in de Marschen een riep een zijweg, een vlakke oevertrede.
Van een mogelijke verwantschap met de Deense plaats Ribe wordt in het boek van Borstelman geen melding gedaan.

Verspreiding van de naam door de eeuwen heen:

1371

oudste vermelding: Konrad v. Ripen bebaut Land By den Utwegen im Kirchenland Middelsten Lu (Urkunde des Depositum des Grafen Alexander Kielmannsegg in Glzow, im Staats-Archiv zu Hannover).

1524

Beke Ribern, Eigenwohner, Guderhandviertel
Johan Riper, Hofbesitzer, Jork
Albert Riper, Hofbesitzer, Jork
Jacob Riper, Hofbesitzer, Jork
Henrich Riper, Hofbesitzer, Jork

1535

Johan Ryper, Hofbesitzer, Mittelnkirchen
Peter Ryper, Hofbesitzer, Mittelnkirchen
Jacob Ryper, Hofbesitzer, Jork
Johan Ryper, Hofbesitzer, Jork
Gert Ryper, Hofbesitzer, Jork
Thyas Ryper, Hofbesitzer, Jork
Johan Ryper, de Olde, Hofbesitzer, Jork

1600

Heinrich Riper, Kötner, Twielenfleth
Johan Riper, Hofbesitzer, Grünendeich
Claus Riper, Eigenwohner, Grünendeich
Hein Riper, Kötner, Grünendeich
Peter Riper, Eigenwohner, Grünendeich
Heinrich Riper, Eigenwohner, Steinkirchen
Gertrut Ripers, Kötner, Steinkirchen
Albert Riper, Hofbesitzer, Steinkirchen
Johan Riper, Hofbesitzer, Mittelnkirchen
Garlef Riper, Eigenwohner, Mittelnkirchen
Peter Ripers Wwe., Eigenwohner, Mittelnkirchen
Cordt Riper, Hofbesitzer, Mittelnkirchen
Ties Riper, Hofbesitzer, W-Jork
Peter Riper, Hofbesitzer, W-Jork
Alheit Rieper, Hofbesitzer, W-Jork
Johan Riper, Hofbesitzer, O-Jork
Gretke Ripers, Hofbesitzer, O-Jork
Peter Riper, Eigenwohner, O-Jork
Bartelt Riper, Hofbesitzer, Borstel
Cathrina Ripers, Eigenwohner, Borstel
Heinrich Riper, Hofbesitzer, Borstel
Johan Riper, Hofbesitzer,Hove
Peter Riper, Eigenwohner, Hove
Ties Riper, Kötner, W-Moorende
Heinrich Riper, Eigenwohner, W-Moorende
Peter Riper, Hofbesitzer, W-Moorende
Johan Riper, Kötner, Haffelwerder
Heine Riper, Kötner, Haffelwerder
Pawel Riper, Kötner, Francop

1651

Jacob Rieper, Hauptmann, 3 M.; 30 M., Hofbesitzer, Hollern
Johan Rieper, 25 M., Twielenfleth
Peter Rieper, 34 M., Hofbesitzer, Twielenfleth
Jacob Rieper, 1 M., Hofbesitzer, Twielenfleth
Johan Rieper, 1 M., Grünendeich
Peter Rieper, 6 M., Grünendeich
Peter Rieper, 20½ M.; 6 M., Grünendeich
Clauß Rieper, Schifferknecht
Clauß Rieper, 21 M., Guderhandviertel
Johan Rieper, Mälter, 2 M.; 2 M., Guderhandviertel
Hein Rieper, 9 M., Mittelnkirchen
Peter Rieper, 13½ M., Mittelnkirchen
Johan Rieper, 9 M., Mittelnkirchen
Hein Rieper, 21½ M., Mittelnkirchen
Heinrich Riepers Wwe., 22 M., Jork
Peter Rieper, 10 M., Jork
Peter Rieper Junior, 16 M., Jork
Henrich Rieper, Häusling, Jork
Henrich Rieper, ½ M., Jork
Peter Rieper, Kötner, Jork
Jacob Rieper, 2 M., Jork
Johan Rieper, Häusling, Jork
Claus Rieper, 14 M./2½ M., Hofbesitzer, Jork
Albert Rieper, 31 M., Jork
Hinrich Rieper, 2 M. Lehnland, O-Ladecop
Albert Rieper, 9½ M., O-Ladecop
Johan Rieper, 6 M., O-Ladecop
Peter Rieper, 1 M., O-Ladecop
Albert Rieper, 9½ M., Borstel
Johan Rieper, 6 M., Borstel
Peter Rieper, 1 M., Borstel
Peter Rieper, 30 M., Königreich
Henrich Rieper, 19 M., Königreich
Peter Rieper, 15½ M., Hove
Peter Rieper, Häusling, Hove
Claus Rieper, Vogt, Hove
Peter Rieper, 1½ M., Moorende
Henrich Rieper, Häusling, Moorende

1696

Rieper – Hollern: 2 Einzelfamilien (2 Eigenwohner)
Rieper – Steinkirchen: 3 Einzelfamilien (1 Hofbesitzer; 2 Eigenwohner)
Rieper – Guderhandviertel: 2 Einzelfamilien (1 Eigenwohner; 1 Kötner)
Rieper – Mittelnkirchen: 5 Einzelfamilien (1 Hofbesitzer; 4 Eigenwohner)
Rieper – Jork: 11 Einzelfamilien (1 Hofbesitzer; 7 Eigenwohner; 3 Kötner)
Rieper – Ladecop: 5 Einzelfamilien (1 Hofbesitzer; 3 Eigenwohner; 1 Kötner)
Rieper – Königreich: 3 Einzelfamilien (2 Eigenwohner; 1 Kötner)
Rieper – Hove: 2 Einzelfamilien (2 Eigenwohner)
Rieper – Moorende: 2 Einzelfamilien (2 Eigenwohner)

1821

Rieper – Twielenfleth: 1 Einzelfamilie (1 Eigenwohner)
Rieper – Grünendeich: 7 Einzelfamilien (1 Eigenwohner; 2 Schiffer; 1 Häusling; 2 Tagelöhner; 1 Altenteiler)
Rieper – Steinkirchen: 2 Einzelfamilien (1 Hofbesitzer; 1Eigenwohner)
Rieper – Guderhandviertel: 2 Einzelfamilien (1 Hofbesitzer; 1 Eigenwohner)
Rieper – Mittelnkirchen: 3 Einzelfamilien (1 Hofbesitzer; 1 Eigenwohner; 1 Altenteiler)
Rieper – Neuenkirchen: 1 Einzelfamilie (1 Jollenfahrer)
Rieper – Jork: 4 Einzelfamilien (1 Hofbesitzer; 1 Eigenwohner; 1 Häusling; 1 Tagelöhner)
Rieper – Borstel: 1 Einzelfamilie (1 Höfer)

1864

Rieper – Grünendeich: 3 Einzelfamilien (1 Eigenwohner; 2 Schiffer)
Rieper – Steinkirchen: 4 Einzelfamilien (2 Eigenwohner; 1 Kapitän; 1 Gastwirt)
Rieper – Guderhandviertel: 2 Einzelfamilien (1 Hofbesitzer; 1 Eigenwohner)
Rieper – Mittelnkirchen: 4 Einzelfamilien (1 Hofbesitzer; 2 Eigenwohner; 1 Tagelöhner)
Rieper – Jork: 5 Einzelfamilien (1 Hofbesitzer; 1 Eigenwohner; 1 Fuhrmann; 1 Schuhmacher; 1 Arbeiter)
Rieper – Hove-Leeswig: 5 Einzelfamilien (1 Eigenwohner; 1 Schiffer; 3 Tagelöhner)
Rieper – O-Moorende: 2 Einzelfamilien (1 Schneider; 1 Kornhändler)
Rieper – Haffelwerder: 1 Einzelfamilie (1 Eigenwohner)

Indicatie van tegenwoordig in het Alte Land en omgeving wonende Riepers

Aan de gegevens van de heer Borstelman in de vorige paragraaf kunnen nog de recente aantallen vermeldingen in telefoongidsen van Hamburg en enkele dorpen in het Alte Land e.o. worden toegevoegd:

1991/1994

Jork: Rieper – 16 vermeldingen (waarvan 5 vrouwen)
Kranenburg: Rieper – 1 vermelding
Hamburg: Rieper – 115 vermeldingen
Steinkirchen: Rieper – 3 vermeldingen
Elbdeich: Rieper – 1 vermelding (vrouw)
Grünendeich: Rieper – 2 vermeldingen (waarvan 1 vrouw)
Lühedeich: Rieper – 1 vermelding
Mittelnkirchen: Rieper – 1 vermelding

Begraafplaatsen in het Alte Land: grafschriften

Bij mijn bezoek aan het Alte Land in augustus 1995, vond ik op de begraafplaatsen van Mittelnkirchen, Steinkirchen en Jork grafstenen met de volgende opschriften:

Hier ruhen in Frieden /// Rebecka Rieper / geb. Schlichting / *17.6.1866 +2.7.1946 // Claus Rieper / *5.6.1866 +16.1.1948 // Claus Rieper / *17.9.1888 +28.1.1910 // Anna Rieper / *11.1.1894 +13.12.1976 /// Zum Andenken an unsern lieben Sohn u. Bruder / Hinrich Rieper / *20.5.1898 gef. 20.4.1918

Mary Abbenseth / geb. Rieper / *27.6.1905 +25.10.1994 // Died. Abbenseth / *9.1.1904 gef. 26.10.1944

Hier ruhen unsere lieben Eltern // Hinr. Rieper / *26.12.1844 +13.4.1924 // Kath. Rieper / geb. Schacht / *30.9.1848 +19.11.1928
Hier ruhen / Bertha Rieper / *24.3.1878 +1.12.1950
Claus Schütt / *23.4.1891 +20.1.1955 // Mathilde Schütt / geb. Rieper / *8.10.1886 +17.2.1969

Hier ruhen in Frieden /// Elisabeth Rieper / geb. Schuback / *27.6.1890 +25.3.1945 // Julius Rieper / 12.4.1885 +1.5.1958 // Effride Düwer / geb. Rieper / *30.7.1922 +29.11.1953 // Rosemarie Loose / *31.7.1945 +12.9.1945

Johann Rieper / *16.9.1889 +6.12.1952 // Emma Rieper / geb. Hamm / *7.11.1894 +22.4.1988 // Paul Meyer / *24.9.1924 *7.3.1986
(naast:)

Heinrich Rieper / *25.12.1890 +12.6.1974
Hier ruhet in Gott /// mein lieber Mann, unser guter Vater / J.H. Rieper / geb. 6. Mai 1857, / gest. 24. Mai 1913. // unsere liebe Mutter / Anna Rieper / geb. Meier / geb. 26. Aug. 1857, / gest. 28. Dez. 1931.

Hier ruht in Frieden / Trinchen Tiedemann / geb. Rieper / *17.1.1901 +3.11.1972 (naast:)

Hier ruht in Frieden / Claus Tiedemann / *19.9.1901 +3.3.1979

Hinrich Rieper / *(….)1925 +13.12.1990

Hinrich Rieper / *15.2.1893 +17.8.1964

Anna Rieper / geb. Dankers / *2.12.1891 +3.3.1968

RIEPER / Tine / geb. Buck / *4.2.1917 +9.10.1993

Frieda Rieper / geb. Proplesch / *30.7.1919 + 29.10.1948

Bronnen: Familienkunde des Alten Landes, Heinrich Borstelman, Verlag der Zentralstelle für Niedersächsische Familiengeschichte, Hamburg – 1927; plaatselijke telefoongidsen 1991 en 1993

 

 

Familie-album Pottiez-Riper

Familie-album Pottiez-Riper
(foto’s beschikbaargesteld door Diny van der Linden-van Dongeren)

Oma (Dina Dorothea) Riper (geb. 1884)
(dochter van Johann Hendrik Riper en Dina Dorothea Sonders)

Tantes Stien, Dina, Marie en oom Gerrit

Oom Albert en diverse tantes

Oma (Dina Dorothea) Riper en haar dochter Pauline (geb. 1907)

Twee foto’s van Diny’s moeder Dina Theodora Pottiez (1908)

Diny van Dongeren en Nico van der Linden

Len van der Linden, Anita en kinderen Max en Tijn;
Nico van der Linden, Saithong en zoon Niek

Familie-album Riper-De Groen

Familie-album Riper-De Groen
<align=center>1930’s:

De kinderen van Th.J. Riper en M.M. Riper-de Groen (ca. 1935);
v.l.n.r: Riet, Dien, Koos, Annie, Hennie, Feem, Dorus, Lenie en Bep Riper

1960’s:

Van voor naar achter in de polonaise: Lenie Gordijn-Riper, Dien Lindeman-Riper, Lenie Riper-de Groen en haar man Dorus Riper sr., Annie van Elswijk-Riper, Koos Riper, Gerard Lindeman, Jeanne Riper-v.d. Zande (de vrouw van Koos), Corry Riper-Wessels en haar man Dorus Riper jr. en Kees, jongste zoon van Koos en Jeanne.
De foto is genomen in de woning van Koos en Jeanne aan de Mathenesserdijk te Rotterdam

Jacqueline (l.) en Gerda Gordijn met hun moeder Lenie Gordijn-Riper bij opa en oma Riper-de Groen in de Hoevestraat 5 te Rotterdam

27 december 1992:

Dorus, Riet, Corry (e.v. Dorus), Karin (e.v. John), Wim en Bep, John (zn. van Dorus en Corry), Gerard, Lenie

Juli 2001:

Corry, Femie, Lenie, Hennie, Bep en Dorus

Wim sr. en Wim jr., Bep en

Corry, Lenie en Femie

Tweelingbroers Go (l.) en Wim Winkel (beiden overleden 2006)

Femie naast dochter en schoonzoon

John en Karin met hun tante Lenie in het midden

28 augustus 2004:

V.l.n.r. Bep Winkel-Riper, Gerda Lazarou-Gordyn, haar dochter Natasha, John en Karin Riper, Stelios Lazarou

Hennie, Natasha, Mike, Stelios

Bep, Hennie, Gerda, Natasha

Mike, Stelios

Natasha, Mike, Stelios

Bep, Hennie, Gerda, Corry, Natasha

Dorus Riper, Wim Winkel, Bep, Hennie, Gerda

Bep, Gerda

 

 

Familie-album Riper-Van Gelder

Familie-album Riper-Van Gelder
(foto’s beschikbaargesteld door Albert Riper)

Albert M. Riper (geb. 1897) zat bij de cavallerie. Foto uit 1918. Het paard was van de beroemde Pahud de Mortanges,lang IOC-lid en een prima ruiter.

Achter v.l.n.r. Dorus (1886), Albert (1897) en Gerrit (1894) Riper. Zittend hun halfbroer Bertus Riper (geb. 1877)

Trouwfoto (10 mei 1922) van A.M. Riper (geb. 1897) en D.M. van Gelder (geb. 1902)

Albert M. Riper (geb. 1897) voor zijn kruidenenierswinkel (Anna Paulownastraat, nabij de Diergaardesingel te Rotterdam) ca. 1930, met zijn vrouw Dirkje Maria (Marie) van Gelder en hun kinderen Albert en Thea

Dina D. Sonders (geb. 1852), de vrouw van Johann H. Riper (1850)

Vermoedelijk Pieternella Roggeveen, de moeder van Marie van Gelder

Beide foto’s boven zijn uit 1918. Op beide foto’s staat Albert M. Riper (geb. 1897) uiterst rechts.

Marie van Gelder (geb. 1902) met haar zus aan het strand

Albert M. Riper, militair (geb. 1897)

Marie van Gelder (geb. 1902)

Thea en Albert Riper met hun moeder Marie van Gelder in het vooroorlogse Rotterdam. Op de achtergrond Café Loos aan het Hofplein. Aan de lantaarnpaal reclame voor de melkinrichting Aurore

Willem van Gelder en Pieternella Roggeveen. De baby is mogelijk Marie. De foto zou dan uit 1902 zijn.

Prachtige foto van Johann Hendrik Riper (geb. 1850) en Dina Dorothea Sonders (geb. 1852)

A.M. Riper en D.M. van Gelder, 25 jaar getrouwd op 10 mei 1947, met twee kleinkinderen. Op de achtergrond v.l.n.r. Thea Riper, haar man Toon Groeneveld en Albert Riper

V.l.n.r. Marie van Gelder (echtgenote van Albert Riper geb. 1897), haar zwager Dorus Riper sr. (geb. 1886) en diens vrouw Lenie de Groen

Feem Riper, getrouwd met Henk Slag, dochter van Dorus Riper (geb. 1886) en Lenie de Groen (geb. 1890), met haar drie dochters

Lenie Riper-de Groen, Dorus Riper, Feem Slag-Riper met dochters en Marie van Gelder

Echtparen Riper-de Groen en Riper-van Gelder

V.l.n.r.: M.M. (Lenie) Riper-de Groen, M.J. van den Hoven-Riper, D.D.C. (Dien) Pottiez-Riper en D.M. (Marie) Riper-van Gelder,
waarschijnlijk bij het 25-jarig huwelijk van Dorus en Lenie Riper-de Groen in 1938

Feestgangers, waarschijnlijk bij het 25-jarig huwelijk van Dorus en Lenie Riper-de Groen in 1938

Albert Riper, zoon van A.M. Riper en D.M. van Gelder en kleinzoon van Johann Hendrik Riper en Dina Dorothea Sonders, naast zijn echtgenote Tineke Riper-Felderhoff

Joyce (l.) en Ingrid Riper, dochters van Albert en Tineke Riper-Felderhoff

 

 

Familie-onderzoek Nederlandse tak Riper – Inleiding (John Riper)

In Rotterdam en omgeving wonen heel wat mensen met de naam Riper. Zij stammen zonder uitzondering af van een Johann Rieper die zich in 1833 in Rotterdam vestigde om daar een gezin te stichten. Hij was geboren te Kranenburg, nabij Hechthausen in Noord-Duitsland, als buitenechtelijk kind van Maria Schröder en Johann Rieper, een grondbezitter (“Hausmann”) te Jork, die gehuwd was (met Adelheid zum Felde), zoals de moeder van de jongste Johann zelf verklaard heeft bij de doop van haar zoon.

Er zijn twee zaken die mij als Riper bezighouden. Ten eerste mijn afkomst: in het ‘Alte Land’, een prachtig gebied ten zuidwesten van de Niederelbe, tegenover Hamburg, hebben in de loop der eeuwen vele Riepers geleefd. Er staan nog indrukwekkende landhuizen die al eeuwen in bezit zijn van families Rieper en nog steeds door hun bewoond worden. De verschillende stambomen die zij hebben vinden echter, voor zover tot nu toe is na te gaan, geen aansluiting met die van de naar Rotterdam vertrokken Johann Ri(e)per. Trouwens, twee families Rieper, te Osterjork en Mittelnkirchen, die ik allebei onlangs heb mogen bezoeken, kennen elkaar alleen als – niet al te verre – buren, maar hebben geen aantoonbare familieband met elkaar! In de hoop dat ook in dit geval de aanhouder wint, en dat dus eens een aansluiting gevonden zal worden met een tak in het ‘Alte Land’, verzamel ik allerlei gegevens over naamgenoten van “toen”, die later van pas kunnen komen en om te voorkomen dat ik mij straks te vaak moet afvragen waar ik dat-en-dat ook alweer gelezen heb.

Zo is mijn tweede belangstelling ontstaan: de afkomst van de naam. Dankt een Ri(e)per zijn naam aan het feit dat zijn stamvaders destijds op een strook land aan een oever in Holland woonden, zoals Jacob Rieper te Osterjork destijds van zijn rector leerde, of is de naam wellicht afkomstig van de Deense, door Vikingen gestichte stad Ribe (Duitse naam: Ripen; oud-Nederlandse naam: Rijpen of Riepen)?


RIBE (Denmark), shopping street
(Photo: Ribe Site)

Deze scriptie is niet af: steeds als er nieuwe gegevens gevonden worden, zullen die erin worden verwerkt. En hoe zeer ik er ook naar streef eens een volledige opsomming van alle wetenswaardigheden gerealiseerd te hebben, zal dit een illusie blijven. Maar voor iedereen die belangstelling heeft voor de naam Riper en alle varianten erop, alsook voor familieonderzoekers die de naam bij hun navorsingen tegenkomen, is dit werk zeker waardevol.

Rotterdam, augustus 1995

John Riper

Wischgericht im Alten Lande (was war das??)

(…)
Das Land wird durch die Flüsse Lühe und Este in drei Theile oder Meilen getheilt. Diese enthalten 18 Bezirke, 12 Hauptmannschaften und 6 Vogteien. Die Hauptmannschaften in der ersten Meile sind: zu Hollern, Twielenfleth, Steinkirchen und Guderhandviertel; in der zweiten: zu Mittelstenkirchen, Neuenkirchen, Jorck, Ladekop, Borstel und Königreich; in der dritten Moorende und Neuenfels. Die sechs Vogteien sind in der zweiten Meile: zu Leeswig, zum Kranz (jetzt zu Ninkop), zu Frankop, zu Ninkop, zu Rübke, zu Altkloster oder Hasselwerder. Ausserdem sind im Alten Lande fünf Nebengerichte, die vier adelichen Patrimonialgerichte Frankop, Rübke, Ninkop und Leeswig, und das Altkloster Gericht, welches Finkenreich mit 58 Feuerstellen, die zu Estebrügge eingepfarrt sind, begreift, jetzt aber seit 1823 dem Grefengerichte zu Jorck untergeordnet ist.
(Ein andres Gericht dieser Art ist noch das Wischgericht über 18 Kötherwohnungen in den K. Neuenkirchen, Mittelstenkirchen und Steinkirchen)
Ferner sind noch die vier Sächsischen Vögte und die sieben Siedesten Vögte zu merken.
(…)

(Quelle: Geschichte und Landesbeschreibung der Herzogtümer Bremen und Verden, Teile 1 und 2 – Peter von Kobbe – 1824)

(…)
Vor aufhebung der ungeschlossenen Patrimonial-Gerichte waren solche unzählig. In vielen Dörfern hatten die Gutsherren die Jurisdiction über ihre Gutsleute, welche sich jedoch nur bis zum Tropfenfall ihrer Wohnungen erstreckte; die auf solchen Höfen neu erbauten Häuser waren der Amtsjurisdiction unterworfen. Jetzt sind alle Individuen, welche sonst diesen ungeschlossenen Patrimonial-Gerichten unterworfen waren, den Aemtern subordinirt.
Namentlich ist auch das sogenannte Wisch-Gericht ein Patrimonial-Gericht im alten Lande (von Daudiek), welches über einen Strich des Neuenkircher Aussendeichs, Civilgerichtbarkeit hatte, aufgehoben. Desgleichen die Juraten- und Patronat-Gerichte im Lande Kehdingen. Neun Kirchen hatten nämlich völlige Real- und Personal-Jurisdiction über die Grundbrücke der Kirche und andre Häuser und Pertinenzen und meistens sassen die Prediger und Juraten selbst zu Gericht.

(Quelle: Handbuch des bürgerlichen und peinlichen Processes für das Königreich Hannover – Bürgerlicher Process-1, Volume 1 – Georg Heinrich Oesterley – 1819)

Johann Rieper (hinter den Schleuse, Neuenkirchen) war Vogt im Wischgericht, Gerichtsvogt, Vogt im Daudikschen Gericht

 

 

Afbeelding van het fregat Canton

“(…) Dat de Rekwirant (Johann Riper), in zijne vroege jeugd is opgevoed te Föhr in het Holsteinsche bij eene Tante, genaamd Anna Hedwig Schröder (die sedert overleden is) en in het Jaar 1838 naar dit Rijk is gekomen, alwaar hij zich als Matroos heeft geëngageerd, en voortdurend in de hollandsche Koopvaardijvloot heeft gevaren en verschillende reizen naar de Oost Indien heeft gedaan en nu laatstelijk met het Schip Kanton Kapitein Bergner van de Oost Indien is geretourneerd op welk Schip hij eerst als Bootsman en vervolgens als Tweede Stuurman heeft gediend en werkzaam geweest. (…)”
(uit: Akte van Bekendheid Johann Riper geb. 1818, Kranenburg – Hannover)

Canton
Het fregat ‘Canton’, de lijzeilen bijzettend, van de wind zeilend over stuurboord en van stuurboord ingezien.

Canton
Het schip voert in de voortop een 4-kleurige vlag (verdeeld in driehoeken: links wit, onder blauw, rechts groen en boven rood), in de grote top een rode standaard met de naam in witte letters; in de bezaanstop de Rotterdamse collegavlag no. 299.

aquarel (1846) van Jacob Spin; titel: Fregat “Canton”
bron: maritiemdigitaal.nl

 

 

Conny Riper en Jan Kuiper trouwen


Conny en Jan, temidden van haar ouders Corry Riper-Wessels en Dorus Riper, die op de dag van het etentje 53 jaar getrouwd waren

Op 28 april 2005 zijn Conny Riper en Jan Kuiper getrouwd in Venetië.Foto’s uit Venetië en van het etentje op 7 mei 2005 in Rotterdam op RiperNet.

 

 

FNV Bouw Congres 2005: Gerard Riper, geboren 1928

Gerard Riper De oudste congresganger is Gerard Riper (77), secretaris en penningmeester van de afdeling Culemborg.

Riper was voor hij met pensioen ging bouwkundig ingenieur. Hij is met gemengde gevoelens in Nijkerk. “Dit is mijn derde congres, en hopelijk mijn laatste. Ik had me niet opgegeven, maar ben door de afdeling benaderd om toch te gaan. Eigenlijk zouden hier veel meer jongeren moeten rondlopen.”

Riper vindt dat er meer aandacht moet komen voor de jeugd. “Natuurlijk, we doen als bond ook veel voor de ouderen, maar we zijn geen ouderenpartij. Van de leden bestaat nu een groot percentage uit ouderen, de nieuwe aanwas ontbreekt. De instroom van jongeren is het belangrijkste. In de congresplannen staat weinig concreets over wat de bond voor jongeren wil doen.” (…)

Bron: FNV Bouw

 

 

Johann Rieper, Gerichtsvogt

I Johann RIEPER, Eigenwohner; Gerichtsvogt (Vogt im Wischgericht), “Voigt des Daudiekschen Gerichts”, geboren febr. 1708, overleden op 21 juni 1784 te Mittelnkirchen, thans Lühe, Kreis Stade. Begraven aldaar op 24 juni 1784. Hij woonde “jenseits der Schleuse”, Neuenkirchen.
“Johann Rieper ist bei einer Parentation und Leichpredigt begraben.” In het Altländer Archiv te Jork bevindt zich een originele brief uit het jaar 1781, geadresseerd aan “Johann Rieper, Vogt im Wischgericht, Neuenkirchen”.

Gehuwd (1) met Gesche (achternaam onbekend), geboren jan. 1701 (geboortedatum herleid van overlijdensdatum: zij was bij overlijden 73 jaren, 5 maanden en 28 dagen oud.), overleden op 29 juni 1774 te Mittelnkirchen.
Gehuwd (2) op 12 sept. 1775 te Mittelnkirchen met Adelheid KÖSTER, weduwe van de Hausmann Albert Völsch uit Dollern.
Geboorte en overlijden van Adelheid Köster zijn in het Altländer Archiv niet terug te vinden.

Zij is na Johann’s dood een derde maal getrouwd, op 23.02.1787 te Mittelnkirchen, en wel met Ratje Hauschild, zoon van de Hausmann Martin Hauschild uit Steinkirchen.

Uit het tweede huwelijk:
1. Johann RIEPER, geb. 16-04-1777 Mittelnkirchen (DU) (zie II).

II Johann RIEPER, Hausmann, geboren op 16 apr. 1777 te Mittelnkirchen (Aangifte: 18-04-1777), gedoopt aldaar op 18 apr. 1777,

Overleden op 12 apr. 1848 te Jork aan “Wassersucht”.

Gehuwd (1) op 27 apr. 1802 te Jork met Adelheid REHDER, geboren mei 1765 te Jork (datum herleid van overlijdensdatum; toen zij stierf was ze 62 jaren en 8 dagen oud), overleden aldaar op 18 mei 1827 aan “Stickfluss”, weduwe van Jacob zum Felde, dochter van Hein REHDER.

Buitenechtelijke relatie (2) met Maria SCHRÖDER, dochter van de (in 1818 gepensioneerde) ruiter Hinrich SCHRÖDER.
Plaats van Maria SCHRÖDER’s geboorte en overlijden zijn nog niet in Duitsland gevonden. Wellicht is op het eiland Föhr of omgeving, waar haar zuster Anna Hedwig Schröder woonde (zie Acte van Bekendheid), iets terug te vinden.

Uit het huwelijk met Adelheid REHDER (1):
1. Adelheid RIEPER, geb. 20-12-1803 Jork, Bürgerei (zie IIIa).
2. Margaretha RIEPER, geb. 12-02-1806 Jork, Bürgerei, overl. 21-07-1808 Jork, Bürgerei.

Uit de relatie met Maria SCHRÖDER (2):
3. Johann RIEPER, geb. 08-02-1818 Cranenburg (Hannover) (DU) (zie IIIb).

IIIa Adelheid RIEPER, geb. 20-12-1803 Jork, Bürgerei, overl. 23-01-1867 Jork, tr. 14-08-1823 Jork Peter BORSTELMAN, Hausmann, geb. 07-07-1795 Jork, Bürgerei, overl. 12-01-1848 Jork, Bürgerei.
Peter was eerste kind.
Zn. van Hinrich BORSTELMAN en Catharina zum FELDE.
Uit dit huwelijk:
1. Hinrich BORSTELMAN, geb. 29-08-1824 Jork, Bürgerei, overl. 04-04-1891 Jork.
Is ongehuwd gebleven (“ledig”, volgens Duitse inschrijving).
2. Jacob BORSTELMAN, geb. 27-03-1827 Jork, overl. 05-01-1828 Jork.
Jacob stierf aan “Brustfieber”.
3. Catharina BORSTELMAN, geb. 30-06-1828 Jork, overl. 03-01-1907 Bergfried (Guderhandviertel), tr. ca. 1860 Peter HEINRICH.
4. Johann BORSTELMAN, geb. 23-01-1831 Jork, Bürgerei.
5. Metta BORSTELMAN, geb. 11-07-1833 Jork, overl. 04-11-1916 Jork, tr. 25-05-1860 Jork.
Claus en Metta kregen vier kinderen.
Echtgenoot is Claus REHDER, Hausmann u. … (1874-1880), geb. 22-06-1833 Osterjork, overl. 27-12-1880 Jork.
Claus was zijn ouders eerste kind.
Zn. van Johann REHDER en Catharina SCHLIECKER.
6. Jacob BORSTELMAN, geb. 04-08-1835 Jork.
7. Peter BORSTELMAN, geb. 03-03-1838 Jork.
8. Gesche BORSTELMAN, geb. 20-09-1840 Jork (zie IVa).
9. Maria BORSTELMAN, geb. 21-05-1844 Jork, overl. 06-08-1845 Jork.
Maria stierf aan “Auszehrung”.
10. Gerd BORSTELMAN, geb. 10-09-1846 Jork, Bürgerei.

IIIb Johann RIEPER, 2e stuurman, later sjouwer, geb. 08-02-1818 Cranenburg (Hannover) (DU), ged. 10-02-1818 Cranenburg (Hannover) (DU), overl. 01-06-1868 Rotterdam (ZH).
Vanaf zijn huwelijk in 1847 werd zijn naam verder geschreven als Riper. Bij zijn huwelijk met Christina Lüneburg heeft hij voor de Gemeente Rotterdam een “Akte van Bekendheid” moeten laten opstellen aangezien hij de voor zijn huwelijk noodzakelijke papieren niet kon overleggen.

Akte van Bekendheid Johann Riper 25 juni 1847

Heden den vijfentwintigsten Junij Achttien honderd zeven en veertig, voor ons Jacob van Vollenhoven Kantonregter te Rotterdam in het Tweede Kanton van het Derde Arrondissement der Provincie Zuid Holland geassisteerd met Wilhelmus Joännes Rietstap, Griffier bij hetzelve Geregt, ter plaatse onzer gewone teregtzittingen in het Geregtsgebouw alhier, zijn gecompareerd:

Hans Peter Hansen
Lars Anton Andersen
Hendrik Maurits Matthias Sloos en
Hendrik Jacobus van Zuylekom
Allen Zeelieden thans verblijfhoudende te Rotterdam en zijnde van bevoegden Ouderdom.

Dewelke verklaarden ten verzoeke van Johann Riper, Zeeman, zich thans binnen deze Stad bevindende en om te dienen tot de voltrekking van zijn voorgenomen Huwelijk:

Dat zij den Rekwirant zeer goed kennen en weten dat hij is genaamd Johann Riper, zijnde geboren te Kranenburg in Hanover in de Maand Februarij des Jaars Achttien honderd achttien uit en staande den Echt van Johann Riper overleden en van Maria Schröder wier verblijf, leven of dood zoo min aan den Rekwirant als aan de Deposanten bekend is.

Dat de Rekwirant, in zijne vroege jeugd is opgevoed te Föhr in het Holsteinsche bij eene Tante, genaamd Anna Hedwig Schröder (die sedert overleden is) en in het Jaar Achttien honderd acht en dertig naar dit Rijk is gekomen, alwaar hij zich als Matroos heeft geëngageerd, en voortdurend in de hollandsche Koopvaardijvloot heeft gevaren en verschillende reizen naar de Oost Indien heeft gedaan en nu laatstelijk met het Schip Kanton Kapitein Bergner van de Oost Indien is geretourneerd op welk Schip hij eerst als Bootsman en vervolgens als Tweede Stuurman heeft gediend en werkzaam geweest.

Dat hij retour zijner laatste reis de Rekwirant het voornemen hebbende opgevat om zich alhier in den Echt te begeven, naar zijne geboorteplaats eerst aan zijne Moeder, in de onzekerheid of zij nog in leven was en vervolgens aan de Regering dier plaats heeft geschreven om van daar de noodige documenten wegens zijne geboorte en afstamming te bekomen, doch op dat schrijven, hoe dikwerf ook herhaald, geen het minste antwoord heeft bekomen waardoor hij veronderstellen moet dat zijne moeder sedert zijne afwezigheid overleden of naar elders vertrokken zal zijn, en hij niet weet, waaraan het stilzwijgen derRegering zijner Geboorteplaats, op zijn Schrijven, is toe te schrijven.

Dat de Rekwirant alzoo in de volstrekte onmogelijkheid verkeert om de authentieke bewijzen zijner geboorte en afstamming benoodigd tot de voltrekking van zijn voorgenomen Huwelijk over te leggen en de Rekwirant eerlang weder eene buitenlandsche reize zullende ondernemen, en alzoo het meeste belang is stellende dat zijn voorgenomen huwelijk zoo spoedig mogelijk kan worden voltrokken, de Deposanten ten zijnen verzoeke deze Verklaring zijn afleggende om hem te dienen tot aanvullingsbewijs zijner geboorte en afstamming.

Gevende de Deposanten voor reden van Wetenschap, de twee eersten, als zijnde Landslieden van den Rekwirant die van zijne geboorte en afstamming volkomen bewust zijn en verscheidene zeereizen met hem hebben gedaan, terwijl de beide laatsten den Rekwirant langen tijd onder den Naam van Johann Riper hebben gekend en omgang met hem hebben gehad, zoodat zij allen gezamentlijk met volle bewustheid en volkomene Kennis van zaken, deze Verklaring wegens zijne geboorte en afstamming kunnen afleggen.

Waarvan is opgemaakt deze Akte van bekendheid, welke in brevet wordt uitgegeven en door de drie eerste Comparanten, met ons Kantonregter en den Griffier, na gedane Voorlezing geteekend, verklarende de laatste Comparant niet te kunnen schrijven als de Schrijfkunst niet geleerd hebbende.

 

 

Joyce Riper, Hotel Wartmann (Zürich 2002)

Vizedirektorin und Leiterin der Restauration im Hotel Wartmann

Der Landbote, 28. Februar 2002
«VEGI ZUR WAAGE» bekommt bald Konkurrenz
Vegetarisches Fast Food am Graben

Nächste Woche öffnet am Oberen Graben mit «Tibits» das zweite vegetarische Restaurant der Stadt seine Türen.

ALEXANDRA TREPP

Vegetarier haben in den meisten Restaurants in der Stadt keine grosse Auswahl. Ausser Salaten, lieblosen Gemüsetellern und fleischlosen Pastagerichten fällt den meisten Köchen nicht viel Phantasievolles ein. Eine rein vegetarische Küche führt seit 1991 nur das «Vegi zur Waage» im Hotel Wartmann. Ab dem 7. März bekommt das «Vegi» jedoch Konkurrenz: Am Oberen Graben, an bester Passantenlage, öffnet dann das vegetarische Fast-Food-Lokal «Tibits» seine Türen. Hinter der Idee des vegetarischen Take-out-Restaurants stehen die Brüder Reto, Christian und Daniel Frei, die dafür auch zwei Preise gewonnen haben.
Rolf Hiltl vom gleichnamigen vegetarischen Restaurant in Zürich fand Gefallen am Konzept der Brüder. Gemeinsam haben sie das erste «Tibits» im Dezember 2000 in Zürich eröffnet.

Den Erfolg wiederholen
Das Lokal mit dem grossen Salatbuffet und allerlei anderen leckeren Vegi-Kreationen war von Anfang weg ein Publikumsmagnet. Diese Erfolgsgeschichte wollen sie nun in Winterthur mit dem zweiten «Tibits»-Lokal fortsetzen. «Die Nachricht von der Eröffnung eines zweiten vegetarischen Restaurants in der Stadt kam für uns tatsächlich überraschend», sagt Joyce Riper, Vizedirektorin und Leiterin der Restauration im Hotel Wartmann. «Mit der Konkurrenz werden wir künftig noch stärker gefordert sein», stellt Riper fest. Bekannt ist das «Vegi zur Waage» vor allem wegen seines ceylonesischen Abendbuffets mit Reis und verschiedenen Currygerichten. Wer die Spezialitäten vom Buffet lieber zu Hause geniessen will, kann sich schon heute alles auch zum Mitnehmen einpacken lassen. Gemäss Riper soll der «Take away»-Service bald auf weitere Gerichte ausgedehnt werden.

 

 

Wischgericht im Alten Lande (was war das??)

(…)
Das Land wird durch die Flüsse Lühe und Este in drei Theile oder Meilen getheilt. Diese enthalten 18 Bezirke, 12 Hauptmannschaften und 6 Vogteien. Die Hauptmannschaften in der ersten Meile sind: zu Hollern, Twielenfleth, Steinkirchen und Guderhandviertel; in der zweiten: zu Mittelstenkirchen, Neuenkirchen, Jorck, Ladekop, Borstel und Königreich; in der dritten Moorende und Neuenfels. Die sechs Vogteien sind in der zweiten Meile: zu Leeswig, zum Kranz (jetzt zu Ninkop), zu Frankop, zu Ninkop, zu Rübke, zu Altkloster oder Hasselwerder. Ausserdem sind im Alten Lande fünf Nebengerichte, die vier adelichen Patrimonialgerichte Frankop, Rübke, Ninkop und Leeswig, und das Altkloster Gericht, welches Finkenreich mit 58 Feuerstellen, die zu Estebrügge eingepfarrt sind, begreift, jetzt aber seit 1823 dem Grefengerichte zu Jorck untergeordnet ist.(Ein andres Gericht dieser Art ist noch das Wischgericht über 18 Kötherwohnungen in den K. Neuenkirchen, Mittelstenkirchen und Steinkirchen)Ferner sind noch die vier Sächsischen Vögte und die sieben Siedesten Vögte zu merken.
(…)

(Quelle: Geschichte und Landesbeschreibung der Herzogtümer Bremen und Verden, Teile 1 und 2 – Peter von Kobbe – 1824)

(…)
Vor aufhebung der ungeschlossenen Patrimonial-Gerichte waren solchje unzählig. In vielen Dörfern hatten die Gutsherren die Jurisdiction über ihre Gutsleute, welche sich jedoch nur bis zum Tropfenfall ihrer Wohnungen erstreckte; die auf solchen Höfen neu erbauten Häuser waren der Amtsjurisdiction unterworfen. Jetzt sind alle Individuen, welche sonst diesen ungeschlossenen Patrimonial-Gerichten unterworfen waren, den Aemtern subordinirt.
Namentlich ist auch das sogenannte Wisch-Gericht ein Patrimonial-Gericht im alten Lande (von Daudiek), welches über einen Strich des Neuenkircher Aussendeichs, Civilgerichtbarkeit hatte, aufgehoben. Desgleichen die Juraten- und Patronat-Gerichte im Lande Kehdingen. Neun Kirchen hatten nämlich völlige Real- und Personal-Jurisdiction über die Grundbrücke der Kirche und andre Häuser und Pertinenzen und meistens sassen die Prediger und Juraten selbst zu Gericht.

(Quelle: Handbuch des bürgerlichen und peinlichen Processes für das Königreich Hannover – Bürgerlicher Process-1, Volume 1 – Georg Heinrich Oesterley – 1819)

Johann Rieper (hinter den Schleuse, Neuenkirchen) war Vogt im Wischgericht, Gerichtsvogt, Vogt im Daudikschen Gericht